Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Cornelis Vreeswijk
Als ik tijd in een fles kon bewaren
Wist ik wat ik er later mee deed
Dag na dag, rij na rij
Tot de eeuwigheid vloog ons voorbij
En die was van ons twee
Als dagen eens eindeloos waren
En als wensen eens waar konden zijn
Zou ik dagen vergaren
En sparen, en sparen
En dit gaf ik aan jou, liefste mijn
En toch komen we steeds tijd tekort
Om dat te doen wat wij
Het liefste willen
Als ik steeds toch honger heb
Dan wil ik die het liefste
Bij jou stillen
En had ik een doos vol met vragen
Waar ook mijn droom nog in zat
Ik maakte hem open
En al wat ik vond was
Dat jij alle antwoorden had