Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
Boudewijn De Groot
't Is eindelijk een feit
Ik weet ik ben volwassen
Ik moet nu op gaan passen
Met werk en geld en tijd
De jaren zijn voorbij
Van luieren en leren
Onschuldig potverteren
Beschonken zijn en blij
Ik heb een vrouw, een kind
Een doel om voor te leven
Maar gisteren dacht ik even:
Waar is mijn beste vrind?
Met wie ik indertijd
Het leven attaqueerde
En Franse thema's leerde
En met dezelfde spijt
Het meisje heb gekend
Dat onze harten roofde
En zich daarna verloofde
Met een derdejaars student
Die jongen uit mijn klas
Die ouder was in jaren
En daardoor meer ervaren
Van wie dat boekje was
Dat later op een dag
Door vader werd gevonden
Waarin die plaatjes stonden
Waarop je alles zag
De vriend die alle pret
En zorgen met me deelde
De stoerheid die we speelden
De eerste sigaret
De eerste kuise zoen
Gekregen van een meisje
In ruil voor 't choco-ijsje
Waarvoor ze het wel wou doen
De vrienden uit die tijd
Waar zijn ze nu gebleven?
En soms denk ik wel even:
Raakte ik mezelf soms kwijt?
De onschuld van een kind
Alleen te zien wat waar is
Wat vriendschap voor elkaar is
Terwijl je later vindt
Dat alles anders is
Dan vroeger in je dromen
Niets is ervan gekomen
Zo heb je je vergist
Ook ik heb vroeg of laat
Dat liedje wel gezongen
Van beste brave jongen
Maar met een hart vol haat
Waar zijn mijn vrienden heen
Die ik moeiteloos vertrouwde
Op wie ik dromen bouwde?
Ik ben nu helaas alleen
Omdat ik nu wel weet
Je kunt op niemand bouwen
Je kunt geen mens vertrouwen
Dus droom ik maar
Dus droom ik maar
En vergeet