Het huis uit, de stad in
Het is alsof jouw leven mij bekruipt
Jouw huid zo gerimpeld nu
Het is alsof de dood me van achteren besluipt
Ik voel je ziel, je gedachten
En toch, ik voel je niet
De hemel voel ik, de hemel
Maar ik zoek niet naar de hemel
En ik zoek niet naar de hel
Ik zoek naar de verhalen
Die jij niet meer vertelt
In het licht van de lantaarn
En in regen en in wind
Opeens kom ik hem tegen
De vader van het kind
De stad uit, het park in
Duizend zielen ruisen in de wind
Regen en tranen spannen samen
Tot ik leeg ben en verblind
En de hemel, de hemel
Die vol is, voller dan het land kan zijn
Maar de hemel
Ik zoek niet naar de hemel
En ik zoek niet naar de hel
Ik zoek naar de verhalen
Die niemand meer vertelt
In het licht van de lantaarn
En in regen en in wind
Opeens kom ik hem tegen
De vader van het kind
Het park uit, de weg terug
De nachtlucht, het leven glinstert zacht
De lichtjes, de feestjes
Het weeshuis weerspiegeld in de gracht
En de hemel, de hemel
Die voller is dan het land kan zijn
De hemel
In het licht van de lantaarn
In regen en in wind
Opeens kom ik hem tegen
De vader van het kind
In het licht van de lantaarn
In regen en in wind
Opeens kom ik jou tegen
Jij, de vader van het kind
Jij, de vader van het kind