Repelsteeltje

[Intro]
Niemand weet, niemand weet, dat ik Repelsteeltje heet
Niemand weet, niemand weet, dat ik Repelsteeltje heet

[Verse 1]
Oké
Het is, Repelsteeltje, zo’n klein vervelend ventje
Hij klopt op m’n deur en stapt in m’n leven
Hij doet zich aardig voor, maar brengt alleen maar narigheid
Diep in m’n hart, weet ik, weet ik, weet ik
Toch wordt Repelsteeltje m’n beste vriendje
Zo eentje die je midden in de nacht kan bellen als je hulp nodig hebt bij autopech met min vier aan de kant van een landweggetje
Ik zeg het je
Gezeik met m’n vrouwtje
Hij snapt de situatie en zegt dat ik eigenlijk gewoon een eind moet maken aan de relatie
Da’s Repelsteeltje
Klopt op de deur en stapt in m’n leven
Hij is zo’n mannetje die je liever niet in de buurt wil hebben
Hij kent mij door en door tot en met mijn zwakke plekken
Ik zit niet in m’n vel, lekker, hij maakt gebruik ervan
Lavendelgeurtjes, ik ruik er aan
Jarenlang levend in een droomwereld
Één opgeblazen zeepbubbel
Helemaal geen troubles, althans ik voel ze niet
Hee Kuupie! Dope beat
Repelsteeltje neemt me mee naar plekken waar ik nooit geweest ben
Op een kilometer hoogte in een hete lucht ballon
Wat dacht je van een dagje formule 1 racen op circuit in Zandvoort
Hard gaan, dat vind ik mooi
Die rare Repelsteeltje, klopt op m’n deur en stapt in m’n leven
Repelsteeltje, klopt op m’n deur en stapt in m’n leven
Alles leuk en aardig, we maken wat mee samen
Maar na een paar jaar wordt Repelsteeltje anus
Begint ineens te zeiken als een klein meisje
Over dit en dat, over zus en zo, over van alles
Dwangmatig, overmatig en zeer bepalend
Rare praatjes
Drie dagen katers
Shit, ik haat het
Dus ehh, op een dag ben ik Repelsteeltje zat
Ik pak die zak bij zijn benen en scheur hem door twee