BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
BLØF
M'n mouwen vol azen
En dwaze boeketten
En doekjes bedoeld tegen al te veel bloeden
Nu het mes aan twee kanten alsmaar zijn werk doet
En ik langzaam doodga
Het geeft niet, zolang het maar pijnloos is
Het geeft niet, zolang het maar rust brengt
Het geeft niet, zolang ik maar weet
Dat jij bij mij zult zijn
Het geeft niet, het geeft niet
Nu ik mijzelf niet helpen kan
Het bloeden niet stelpen kan
Nu de ader zo bloot ligt
Dat iedereen ziet dat die man daar aan tafel
Het eind van de dag niet halen zal
Het geeft niet, zolang het maar pijnloos is
Het geeft niet, zolang het maar rust brengt
Het geeft niet, zolang ik maar weet
Dat jij bij mij zult zijn
Het geeft niet, het geeft niet
M'n mouwen vol grappen
Goedkoop maar wel komisch
En heel goed te leren voor wie wat geduld heeft
Ik schud me nu leeg, ik wil alles kwijt
Want het zit in de weg en ik heb niet veel tijd
Het geeft niet, zolang het maar pijnloos is
Het geeft niet, zolang het maar rust brengt
Het geeft niet, zolang ik maar weet
Dat jij bij mij zult zijn
Het geeft niet, het geeft niet